ACTUALITEIT

Ook tweeverdieners krijgen moeite om rond te komen

Gepubliceerd op 07-07-2023 om 08u29 door ABVV West-Vlaanderen
Infografiek
Infografiek

Het is een oude volkse wijsheid dat een vast contract de beste zekerheid biedt tijdens financieel woelige periodes. Niks is echter nog minder waar. Althans, dat verklaart het ABVV West-Vlaanderen op basis van een bevraging die ze deed bij haar achterban.

“Na het woelige najaar van 2022, met de energiecrisis en de toegenomen inflatie op onder andere voedingsmiddelen, merkten we steeds vaker leden die bij ons langskwamen met financiële problemen” vertelt provinciaal secretaris Erik Van Deursen. De vakbond besloot dan ook om een grootschalige enquête uit te sturen naar haar achterban, om te polsen naar hun financiële situatie. De resultaten lieten weinig aan de verbeelding over.

Van alle respondenten verklaart 86% te werken met een vast contract, 60% werkt voltijds. Het gemiddeld netto inkomen ligt tussen de €1600 en €2200. 57% van de respondenten zegt eigenaar te zijn van een eigen woning. Dat ligt onder het Vlaams gemiddelde, dat op 72% ligt.

Gezinnen of alleenstaanden met kinderen geven aan enkel gebruik te maken van kinderopvang om te kunnen gaan werken. Recente cijfers van Statistieken Vlaanderen leren ons dat er een nijpend tekort is aan kinderopvangplaatsen in West-Vlaanderen. Voor de 33062 kinderen tussen de 0 en 3 jaar zijn er slechts 16.717 plaatsen beschikbaar. Één plaats per twee kinderen dus. Dat verklaart ook direct waarom de respondenten die aangeven deeltijds te zijn gaan werken zo massaal de zorg voor kinderen aangeven als reden hiervoor.

 Verder betaalt 1 op 4 maandelijks meer dan €900 voor huisvesting, terwijl de vaste kosten voor gas/elektriciteit voor 1 op 3 tussen de €200 en €300 is. Een andere vaste uitgave is de maandelijkse boodschappen, die voor 1 op 3 ook oploopt tot meer dan €500. “Verwijzend naar onze koopkrachtactie met de gevulde winkelkar van eerder dit jaar, blijft het ABVV strijd voeren voor een koopkrachtverhoging” vertelt Erik Van Deursen. “Ook betaalbare huisvesting valt hier voor ons onder, des te meer wanneer je ziet welke hap de maandelijkse woonkost uit het inkomen neemt.” 4 op de 10 geeft aan rond te komen op het einde van de maand, maar kunnen niets sparen. 1 op de 5 geeft aan niet in staat te zijn om de verplichte verzekeringen zoals een autoverzekering of de ziekteverzekering te betalen, zonder daarvoor aan zijn reserves te komen. “Dit verwonderde ons” getuigt Erik Van Deursen. “Vaste contracten staan in de hoofden van vele gekenmerkt als crisisbestendig, maar dit is dus zeker niet meer zo. Systemen als de loonindexering beschermen wel tegen inflatie, maar voor veel werknemers wordt de indexactie pas op een later moment toegepast waardoor er toch koopkrachtverlies is. Daarnaast kaarten we al langer aan dat de lonen de productiviteit in ons land niet voldoende volgen. Vrije loononderhandelingen zijn hier helaas niet mogelijk door de Wet van ‘96. Werknemers die mee de welvaart creëren, lopen al jaren hun eerlijk deel van de koek mis. Deze uitholling zorgt er nu voor dat een werknemersloon, ook van wie voltijds werkt, de steeds toenemende kosten niet meer voldoende kan dekken.”

“Werken moet lonen!” klinkt het bij de socialistische vakbond. “De slogan werd al vaak door politieke beleidsvoerders in de mond genomen, maar het wordt dringend tijd dat ze de daad bij het woord voegen. Hoe de kaarten nu liggen, krijgen mensen steeds meer het gevoel dat ze enkel gaan werken om hun facturen te betalen, zonder meer. Dit kan niet blijven duren, en zorgt ook voor heel wat bijkomende problemen.”

Zo ervaart 35% van de werknemers angst en stress door hun financiële situatie. De impact op de mentale gezondheid van de werknemer valt hier niet te onderschatten. Europees onderzoek toont aan dat die financiële stress zich kan vertalen in depressie, met alle gevolgen van dien. Als je weet dat langdurige arbeidsongeschiktheid door depressie en burn-out nu al jaarlijks €1,6 miljard aan de gezondheidszorg kost, valt de impact voor de maatschappij van verdere mentale problemen omwille van financiële stress niet te miskennen. Ook geeft 71% van de mensen die deze angst en stress ervaren aan dat ze geen professionele hulp zoeken om hierover te praten. De schroom om over mentale problemen te spreken blijft hardnekkig aanwezig.

Naar aanleiding van de resultaten van de enquête organiseerde het ABVV West-Vlaanderen een gesprek met een aantal middenveldorganisaties om de cijfers met hen te overlopen. “Veel elementen waren direct herkenbaar voor hen” concludeert Erik Van Deursen “we onderzoeken nu verder hoe we hiermee met hen aan de slag kunnen gaan.”

 Het ABVV West-Vlaanderen pleit daarbij voor een herverdeling via de personenbelasting. Ons huidige belastingstelsel is onrechtvaardig. De sterkste schouders (grote vermogens, aandeelhouders en grote ondernemingen) dragen niet of nauwelijks bij aan de financiering van wat een maatschappij rechtvaardig maakt om in te leven. Werknemers, die meestal alleen maar inkomsten uit arbeid hebben, betalen wél belastingen. Bovendien maken die sterke schouders gebruik (en misbruik) van de vele achterpoortjes in het systeem om maar geen eerlijke bijdrage te moeten betalen.

 Bovendien moet de overheid ingrijpen op de prijssetting van bepaalde vaste kosten, zoals de elektriciteits-, gas- en telecomfactuur. Daarnaast moeten zaken die werk faciliteren, zoals kinderopvang, ook betaalbaar en voldoende beschikbaar zijn. Een herwaardering en voldoende financiering van de sector is broodnodig, zodat kinderopvang in Vlaanderen naast haar economische rol ook meer haar pedagogische en sociale functies kan vervullen.

 Naast overheidsingrepen op vlak van prijssetting, vindt de vakbond ook dat sociale rechten automatisch toegekend moeten worden. “Nu stellen we vast dat er veel sociale rechten niet opgenomen worden, omdat mensen niet weten dat ze bestaan, of de weg niet weten hoe ze aan te vragen. We vragen dan ook aan de verschillende overheden om werk te maken van gegevensdeling, zodat bepaalde sociale rechten automatisch toegekend kunnen worden.”

Daarnaast moet de loonnormwet (de Wet van ’96) ook aangepast worden om ruimte te maken voor vrije loononderhandelingen, zodat de Belgische werknemers ook aanspraak kunnen maken op hun eerlijk deel van de koek.



.